Bloggen…het klonk mij altijd als iets heel hips in de oren. Mensen die op internet hun ziel en zaligheid delen en daar nog publiek mee trekken ook. Noem me een ouwe doos, maar ik had er niet zoveel mee. Met schrijven daarentegen heel veel. Ooit zat ik een blauwe maandag op de School voor Journalistiek in Tilburg. Een jaar lang proefde ik aan het nieuwsjagen, het altijd alert zijn op interessante onderwerpen voor publicatie, het schrijven, het spelen met taal.
Na mijn studie ging ik aan het werk en maakte ik van schrijven min of meer mijn beroep. Wetten en regelgeving vertaalde ik naar begrijpelijke stukken waar de verpleegkundigen en artsen mee aan de slag konden. Klinkt saai, is het niet, althans toen niet. Maar na jaren werken in dezelfde functie begon het te kriebelen en maakte ik de overstap naar de functie van manager in de ouderenzorg. Niet meer schrijven maar mensen aansturen, in beweging brengen en aanzetten tot verandering. Superleuk, maar enorm intensief als je thuis twee kleine kinderen hebt die ook het nodige management nodig hebben. Een nieuwe overstap volgde en sinds 2 jaar werk ik als calamiteitenonderzoeker in een ziekenhuis. Ook in deze functie schrijf ik veel, heel veel zelfs. Zoveel achter elkaar, dat mijn schouders en rug protesteren na een dag werken. Zoveel, dat ik de patiënt, waar we het allemaal voor doen, soms uit het oog verlies. De patiënt, de mens, waar ik zoveel mee heb, zoveel voor wil betekenen.
Misschien moet ik eens gaan schrijven over zaken die me bezighouden, waarvan ik boos, verdrietig of juist blij wordt.
Bloggen dus. Ik. Wie had dat gedacht. Ik zie het als een manier om te onderzoeken wat me bezighoudt, waar ik energie van krijg en waarvan juist niet.